zaterdag 21 juli 2018

Kan det være anderledes?

Terugkijkend op deze tocht door Denemarken komt natuurlijk ook de gedachte op: kan det vaere anderledes? Natuurlijk kan het anders. Ik had slechts 2,5 week om te fietsen, vandaar dat ik deze route gekozen heb, maar als ik meer tijd zou hebben, dan zou ik het anders doen.

De Jutlandroute van Clemens Sweerman, 900 kilometer fietsplezier 


De route die je kiest is natuurlijk afhankelijk van de tijd die je hebt en van het weer, maar ik kan me het volgende  rondje goed voorstellen:
- De Jutlandroute fietsen vanuit Nederland tot het eind in Skagen
- Vanaf Skagen zijn er minimaal twee aantrekkelijke opties voor de terugtocht:
* met de boot naar Zweden (vanuit Frederikshavn naar Gotenburg) en dan langs de Zweedse westkust afzakken naar het zuiden en dan bij Helsingborg of Malmö weer oversteken naar Kopenhagen en zo verder langs de Deense oostkust richting Duitsland of, als je Kopenhagen overslaat, kun je natuurlijk ook de Zweedse kust blijven volgen en oversteken naar Duitsland)
* een andere optie is om vanaf Skagen een van de bewegwijzerde Deense nationale fietsroutes te nemen en wel nr. 5 (Skagen - Sonderborg) en dan bij Arhus of Vejen (via de nr. 6, Esjberg - Kopenhagen) richting Kopenhagen te fietsen. Daarna via nr. 9 ( Helsingor - Rodby) langs de kust weer richting Duitsland.

Wat je boeiend of leuk vindt onderweg is natuurlijk heel erg persoonlijk. Ik vond de geschiedenis van de Vikingen, die je vooral op Jutland overal vindt, erg boeiend. Niet te missen daarbij zijn Haithabu (bij de stad Schleswig), Ribe, Jelling en natuurlijk Roskilde maar ook Kopenhagen.

Kopenhagen is een fantastische stad om een paar dagen rond te kijken. Neem een Copenhagen Card en je kunt de 86 mooiste attracties van de stad gratis bezoeken en  gebruik maken van het OV of de  rondvaartboot voor als je even niet wilt fietsen. Overigens is Kopenhagen super fietsvriendelijk.

Kortom: Denemarken is, als je een beetje mazzel hebt met het weer, een prachtig fietsland. Qua landschap niet moeilijk en iedereen spreekt Engels en Duits, maar ja, een cursus Deens vooraf maakt het natuurlijk wel extra leuk! Hygge! 

De 'Lille Havnfrue', de kleine zeemeermin, in Kopenhagen





woensdag 4 juli 2018

Mij spreekt de blomme een tale...

Geen tocht zonder bijrijders. En vaak zijn die bepalend voor de vreugde onderweg. Als fietser alleen zijn het voor mij de mensen die ik ontmoet, de wilde planten in de berm, de vogels in de lucht, de geuren in mijn neus. Al deze indrukken samen geven een beeld van het land waar ik doorheen rijd.

'Mij spreekt de blomme een tale'. Dit simpele zinnetje behoort tot de beroemdste dichtregels van België. Als BB'er (Bijna Belg) is mij dit heel vertrouwd. Guido Gezelle*) brevierde als kapelaan al wandelend door het boerenland in de Westvlaanders. En daarbij genoot hij van ieder plantje, ieder beestje dat hij zag en schreef erover in zijn gedichten.

Al fietsend over het Deense platteland herken ik dat gevoel van Gezelle. Er zijn zoveel plantjes, vogels en andere dieren die kleur geven aan de dag. Die een verhaal vertellen over de streek waar ik doorheen fiets. Een verhaal wat ik deels wel, deels niet versta. Zo viel het me op dat er in Sleeswijk-Holstein zoveel lijsters zijn. Geen idee waarom, maar mooi klinkt het in ieder geval. Gemist heb ik de nachtegaal. Die had ik wel verwacht, maar ik heb er niet een gehoord.


De typische v-vorminge vlucht van de kiekendief

De vogels die ik het meest miste, waren de roofvogels. En dat is best gek. Denemarken vormt een knooppunt op de trekroutes van roofvogels en nu, buiten het trekseizoen, zag ik er maar bitter weinig. Ik telde één torenvalk, één buizerd en twee grauwe kiekendieven. Dat was alles op een tocht van een kleine 1000 kilometer, te bizar voor woorden. De Denen hebben het gebrek aan roofvogels overigens creatief opgelost. Zo gebruiken ze een soort stand-in bij aanplanten van dennenboompjes waar kleine zangvogeltjes de toppen van de dennen kunnen kapotmaken. Daar staat dan een fiberglas hengel met daaraan een plastic roofvogel aan een touwtje die 'vliegt' op de wind om de zangvogeltjes af te schrikken. Nou, geef mij maar een echte buizerd.



Wilde cichorei

Planten vertellen weer zo hun eigen verhaal. De wegranden zijn omzoomd door allerlei wilde bloemen en planten. Nu, in de voorzomer, overheersen de kleuren wit, lila, rood, blauw en paars. Later in het seizoen zullen er veel meer donkergele bloemen bloeien. Geen idee waarom het zo is, maar  het valt me ieder jaar op. Het voorjaar wordt gekenmerkt door pasteltinten, later in het seizoen volgen de volle, donkere kleuren.

In het graan zie je hier en daar prachtige blauwe korenbloemen staan. In de bermen worden deze afgewisseld door roze wilgenroosjes, witte kamille, vuurrode klaprozen en teerblauwe wilde cichorei. De planten vertellen hun eigen verhaal. Ze geven aan dat de grond waarop ze groeien geen zware klei is, maar lichte grond. Dat zie je ook aan het graan dat hier soms dun staat. De bieten reageren op de nu al weken durende hevige zonneschijn door hun bladeren te laten hangen, ze hebben dorst. Of, zoals de boeren zeggen: 'De bieten slapen.'

De allerbelangrijkste 'bijrijders' zijn zonder meer de mensen die ik ontmoet. Zowel in Duitsland als in Denemarken heb ik zoveel hartelijkheid mogen ervaren, daar kun je alleen maar dankbaar voor zijn. Bijzonder was het om onderweg mijn Deens te kunnen oefenen. Na tien (!) lessen ben je daar wel aan toe natuurlijk. Zonder gekkigheid, het was verschrikkelijk leuk om zo goed als kwaad als het ging de taal te spreken en te proberen om te begrijpen wat ik onderweg allemaal aan Deens las onderweg. En dat lukte nog heel aardig ook!
Openluchtgedeelte van Vikingmuseum Haithabu, vlakbij het museum.

De bijzonderste bijrijders van deze tocht, de Vikingen, zijn al eeuwenlang dood. Het beeld van ruwe, moordende, rovende en verkrachtende types die met kleine bootjes overal in Europa de schrik van brave mensen vormden, moest ik aanzienlijk bijstellen. Het was een mengeling van arme boerenzonen, kooplieden en kolonisten die probeerden te ontsnappen aan de armoede van het Noorden door rooftochten maar vooral ook handelstochten naar de rest van Europa te ondernemen. Koorknapen waren het zeker niet, maar de periode van 800 - 1100 was geen tijd voor teerbesnaarde zielen. Een leven was aanzienlijk minder waard dan in onze tijd. Het was overigens ongelooflijk wat de Vikingen presteerden om met hele simpele middelen zowat heel Europa te bereizen en grote delen van Engeland en hele stukken van Frankrijk in bezit te nemen. Ze bereikten zelfs Amerika! In de Vikingmusea van Haithabu en Roskilde kom je hele boeiende dingen aan de weet over deze ongepolijste voorvaderen van de Denen.
De Vikingschepen waren snel en hadden weinig diepgang waardoor ze rivieren op konden varen
I


*) Mij spreekt de blomme een tale

Mij spreekt de blomme een tale,

mij is het kruid beleefd,

mij groet het altemale

dat God geschapen heeft.


Guido Gezelle (priester-dichter uit Brugge, 1830-1899)

vrijdag 29 juni 2018

De hond die niet kon lopen

Vrijdag 29 juni - Neustadt -> Scharbeutz -> Travemünde -> (per boot) -> Lübeck -> (per trein)  Hamburg; 820/ 46 km gefietst; prachtig weer, 25 gr, westenwind.
Zaterdag 30 juni - Hamburg -> (per trein) Nederland.

Het echtpaar Heino en Dorothea verdienden de kost als binnenvaartschippers. Toen alle schepen nóg groter moesten worden en er zowat zeven dagen (en nachten) gevaren moesten worden om het zout in de pap te verdienen, ging het roer om. Letterlijk. Ze besloten te gaan werken voor een toeristische vaardienst tussen Lübeck en Travemünde. Een uur en drie kwartier enkele reis. In een adembenemend kalm tempo. Heino staat aan het roer en levert zo 'ganz nebenbei' deskundig en humoristisch commentaar op alles wat een stuur- en bakboord te zien is en dat is veel. Dorothea verkoopt kaartjes en zorgt onderweg voor de innerlijke mens. Ze is heel tevreden: 'We kunnen het water niet missen en zo kunnen we samen blijven varen.' *)
Met de boot van Travemünde naar Lübeck zoals ooit de Hanzekooplieden
Deze dag was een soort weerzien van plaatsen die voor mij een diepere betekenis hebben. Het gaat 't kader van een blog te buiten, maar dat was de reden dat ik via Scharbeutz,  Travemünde en Lübeck fietste. Los van de persoonlijke betekenis, zijn de eerste twee bekende badplaatsen aan de Oostzee. Het waait er altijd en om van de nood een deugd te maken (lees: eraan te verdienen), worden er op alle stranden 'Strandkörbe' verhuurd, waarin je heel knus met z'n tweeën kunt zitten. Of andere dingen kunt doen natuurlijk. Er zijn zelfs hokjes waar je je decent kunt verkleden. Voor een beetje een preutse badgast een absolute must!

Wat me opviel, was het grote aantal buggy's op de strandpromenade. Als ze geduwd werden door een jonger iemand, was dat bijna altijd een jonge vrouw die aan het telefoneren was en weinig oog leek te hebben voor het kind dat ze bij zich had. Werd de buggy echter geduwd door een oudere dame, dan zat er meestal een hondje in de buggy. De tweede helft van het oudere echtpaar liep er doorgaans naast, maar het gesprek was al jaren geleden opgehouden. Nou wist ik niet dat honden zo'n moeite hebben met lopen, maar hier schijnt het in ieder geval zo te zijn. 

Lübeck ligt aan de Trave, aan een soort natuurlijke binnenhaven. Deze beroemdste Hanzestad vanaf de zee naderen heeft iets spectaculairs. Zo voeren ooit de Hanzekooplieden binnen als ze met een kostbare lading van laken, zijde, bont of vis terugkwamen uit Brugge, Londen, Bergen of Novosibirsk. 
Iedere tijd heeft z'n eigen. Behoeften. Nu kom je o.a. langs het grote magazijn van Lidl van waaruit de Scandinavische vestigingen worden bevoorraad. Verder vaar je langs de enorme papieropslagplaatsen van de Springer Presse waar het papier opgeslagen ligt waarmee kranten als Bild gedrukt worden. Er ligt net een schip te lossen. Het papier wordt op enorme rollen aangevoerd uit Finland. Het speciale papierschip doet er 32 uur over om naar de Finse thuishaven te varen en vaart voortdurend heen en weer.

Het lijfblad van vele Duitsers, Bild

Lübeck voelt vertrouwd aan na mijn verblijf daar vorig jaar tijdens het fietsen van de Hanzeroute. 
Eerst maar 's naar het station omdat ik vanuit Hamburg terug ga met de trein naar Nederland en reserveren is dan wel zo handig Al met al is het daarna zo laat dat doorfietsen naar Hamburg niet meer realistisch is en omdat ik er vanavond zou slapen bij een vriendin pak ik de trein.

De uren die ik nu niet hoef te fietsen besteed ik in het prachtige Hanzemuseum in Lübeck. Mensenlief, wat is dat een boeiend museum als je van geschiedenis houdt. Ik was er al eerder geweest, maar heb nog steeds maar een stuk gezien. Ook dit is een echte aanrader - los van het feit dat Lübeck een prachtige stad is waar je goed een paar dagen kunt zoekbrengen.

Het Hanzemuseum in Lübeck. Vanaf het terras heb je een prachtig uitzicht over de Trave.


*) rederij Könneman, vaart van eind maart tot half oktober tussen Travemünde (Prinzenbrücke) en Lübeck (Drehbrücke Holsteinhafen); €16 pp,  je fiets mag gratis mee.

donderdag 28 juni 2018

Farvel og tak

Donderdag 28 juni - Sakskøbig (Denemarken) -> Rødby -> veer naar Puttgarden (Duitsland) -> Fehmarn -> Neukirchen -> Grube -> Grömitz -> Neustadt; 774/111 km; prachtig weer,  25 gr, westenwind, droog en zonnig.
Langzaam vervagen de geluiden op de camping. Er klinken nog wat kinderstemmen en de laatste vogels zingen hun lied. Deze geluiden maken de stilte nog intenser.
Ik sta in Neustadt op camping Am Strande. Vanaf de camping heb je een prachtig uitzicht over de bocht van Neustadt. Zojuist had ik een gesprek met Benedict Kirian (7) die me uitlegde dat gele steentjes de mooiste zijn en dat het vandaag zijn geluksdag was. Ik geloof hem. Het was ook een beetje mijn geluksdag door dit gesprekje.
Vanochtend ben ik vertrokken uit Sakskøbing - maar niet nadat ik gezellig koffie had gedronken met Adi en Birgitt uit Aken. Wat is dit toch een wezenlijk deel van ons mens-zijn: hartelijke contacten hebben en dingen uitwisselen. Ik leer er een hoop van.
Het was niet leuk om Denemarken weer te moeten verlaten. Op een of andere manier past het land goed bij me. De mensen zijn aardig, het is er rustig, het is een fantastisch fietsland en het landschap is er meer dan mooi. Een plek om terug te komen, maar eerst maar 's meer Deens leren. Farvel og tak, tot ziens en bedankt!
De veerpont blijkt de ultieme plek om bescheidenheid op te doen. Ik was de enige fietser en moest wachten tot alles en iedereen aan boord was. Ik heb letterlijk voor kapitalen aan campers voorbij zien komen, terwijl ik daar stond te wachten. Later, als ik groot ben...
Eigenlijk wilde ik vandaag Lübeck bereiken, maar dat was te optimistisch. Vanaf Puttgarden was het nog ruim 110 km en ik had er al 30 op zitten tot de boot. Daarom besloot ik gewoon te kijken waar ik uit zou komen. Omdat ik geen route op de gps heb tot Lübeck is het sowieso puzzelen.
Ik probeerde de Oostzeekust te volgen, maar dat viel tegen. Sleeswijk-Holstein heeft weinig doorgaande wegen en het werd een soort zigzaggen - met weliswaar hele mooie grindweggetjes - maar ik schoot geen meter op.
In Neukirchen heb ik de knop omgezet en ben de doorgaande Bundesstrasse richting Neustadt gaan volgen. Dat ging een stuk vlotter. En er is bijna overal een fietspad, dus dat was ook fijn.
In Neustadt was de pijp leeg en heb ik een camping opgezocht. Merkwaardig hoe zoiets gaat: ik vroeg bij de supermarkt aan een mevrouw op de fiets of zij wist waar de camping was. Nou, nee, ze had géén idee. Uiteindelijk lag de camping op 200 (!) m van de supermarkt.
Morgen verder richting Hamburg via Lübeck. Naar schatting iets van ruim 100 km.

woensdag 27 juni 2018

Deense dingen



27 juni - Store Heddinge -> Sakskøbing
Denen zijn opmerkelijk gastvrij, maar dit had ik toch echt niet verwacht: een afvalbak met wifi in the middle  of nowhere...! Wel handig trouwens, maar dit terzijde.
Vlak voor Præstø ligt een natuurlijke, beschutte inham, het fjord van Præstø. Op deze plek kunnen in voor- en najaar veel trekvogels worden waargenomen, waaronder zeearenden. Dit zijn geweldig grote vogels met een spanwijdte tot wel 2,5 m. Een soort vliegende deur zeg maar. Voor vogelaars en andere natuurliefhebbers is er een mooie kijkplek ingericht. Compleet met picknicktafels, een BBQ en een wc. Plus een afvalbak met wifi waar je o.a. een filmpje van deze fameuze arend kunt downloaden.
Je kunt trouwens op veel plekken in Denemarken vrij of bijna gratis kamperen op plekken die heten 'Ornachtning i det fry'. Vaak is er een soort schuilhut (lees: een maxi konijnenhok) aanwezig, waar je droog kunt liggen. Heel bijzonder en altijd schoon.
Iets anders wat je hier veel ziet, zijn de stalletjes, kasten, kruiwagens en andere dingen waarmee de Denen spullen aan huis verkopen. Ik heb vandaag 's opgelet en kwam tot het volgende lijstje: aardbeien, bessen, kersen, aardappelen, uien, stekjes, bloemen, boeken, 2e hands kleding, keramiek en houtblokken voor in de kachel. Er staat altijd een kistje bij waarin je je kronen kwijt kunt. Bij veel stalletjes kun je zelfs via een ap elektronisch betalen. O ja, de kersen waren heerlijk trouwens. Gewoon met muntjes betaald, dat dan weer wel.
Nog iets wat opvalt, zijn de huizen. Deense huizen zijn doorgaans klein. Misschien omdat dat handiger is met verwarmen? Denemarken heeft vrijwel geen eigen olie of andere delfstoffen en ook geen grote bossen. Verwarming zal dus best een punt zijn geweest, zeker in een land waar het altijd waait.
Veel huizen zijn prachtig geschilderd in wit, rood of blauw. Sommigen hebben een rieten kap met stro op de nok. Heel bijzonder. De armere huizen zijn doorgaans voorzien van steenstrips aan de buitenkant. Super lelijk. Vaak zijn de daken dan ook nog van golfplaten. Maar dan nog: echt tuinieren doen ze hier nauwelijks, maar overal bloeien de rozen en de stokrozen. Prachtig!

Een eitje met John

Woensdag 27 juni - Store Heddinge -> via nr. 9 -> Faxe Ladeplads -> Præste  -> nr 88 -> Vordingborg -> Storstrømmenbro -> Guldborg -> Sakskøbing; camping bij Danhostel; 663/105 km; zonnig, 25 gr; westenwind.
Vanochtend at ik een eitje samen met John uit het Zweedse Lund, vanmiddag plukte ik kersen samen met Jens uit Kiel en vanavond sprak ik met Doris uit Frankfurt en Gabi en Kurt uit Aken.
Het aardige aan zo'n tocht zijn de contacten met anderen. Als fietser alleen is het meestal heel eenvoudig om contact te leggen.
Zoals vanochtend met John, een leraar uit Lund. We ontbeten samen in de jeugdherberg. Hij vertelde dat hij als kind de Denen gewoon kon verstaan. Nu lukt dat de Zweedse kinderen niet meer omdat de Denen de woorden zo inslikken dat Zweedse kinderen de taal nog wel kunnen lezen maar niet verstaan.
Jens, een fietser, was onderweg naar Kopenhagen. Samen stonden we onderweg kersen te plukken (er staan kersebomen langs de openbare weg) en we wisselden fietservaringen uit.
In de Super Brugsen zat Doris uit Frankfurt achter de kassa. Zij en haar man zijn 10 jaar geleden hier komen wonen en genieten elke dag van de rust hier.
En zo kan ik doorgaan. Al die ontmoetingen geven kleur aan zo'n fietsdag en je steekt er een hoop van op. Ik merk dat ik dat heerlijk vind - naast het Deens oefenen. Dat lukt trouwens aardig hier op de camping. Er zijn nogal wat oudere, vaste gasten en die spreken weinig Engels. Maar we begrijpen elkaar uitstekend!
Vandaag heb ik fietsroute nr. 9 gevolgd tot net voorbij Præstø. In Skibinge ben ik naar het zuiden afgeslagen. De nr. 9 gaat verder richting Rostock en Berlijn, maar daar heb ik nu jammer genoeg geen tjjd voor.
In Vordingborg was het even zoeken voor ik de brug over de Storstrømmen gevonden had, maar toen ik die had - en daarmee ook route nr. 7 naar Rødby, ging het hard. Toen ik bij het Danhostel in Sakskøbing aankwam (een combi van jeugdherberg, camping en sportcentrum) was het half zeven. Gauw het tentje opgezet en boodschappen gedaan bij de Super Brugsen hier vlakbij. Deense campings hebben een gastenkeuken waar je zelf kunt koken en afwassen. Super handig. En leuk voor de gesprekken, dat ook.


dinsdag 26 juni 2018

De lille lappedyker

Dinsdag 26 juni; Kopenhagen -> Køge -> Store Heddinge (Danhostel); 558/88 km; 25 gr, zonnig, droog, westenwind.
Het Danhostel City in Kopenhagen.ligt aan fietsroute nr. 6. Bij de Tourist Info kreeg ik een kaartje met deze route door de stad. Handig, want er zijn nog geen officiële tracks van  beschikbaar. Iets ten zuiden van Kopenhagen kruist nr. 6 met nr. 9, de route van Helsingør in het noorden maar Rødby in het zuiden. Die neem ik omdat ik zo op een makkelijke  manier naar het zuiden kan fietsen via een mooie route.
Sommige langeafstandsfietsers zijn van het type 'hoe-kom-ik-zo-ver-mogelijk-vandaag'. Als je ze tegenkomt, is er geen tijd voor een babbeltje want het DOEL VAN VANDAAG dient gehaald te worden. Loffelijk uiteraard, maar mij zou het nooit lukken. Bovendien zou het me niet gelukkig maken. Tuurlijk maak ik 's ochtends een schatting van waar ik ongeveer heen wil, maar als het anders uitpakt is het ook goed. Vanochtend had ik geen idee hoe ver ik zou komen, laat staan dat ik zou weten waar ik zou slapen. Plek zat en als het niet lukt, heb ik een tentje bij.
Echt snel ging het trouwens niet. Zuidelijk van Kopenhagen voert de route door een mooi natuurreservaat. Uit didactische overwegingen en interesse (ik ben vogelaar) probeerde ik alle Deense bordjes te ontcijferen. Niet zo simpel als het over de lille lappedyker en zo nog wat gaat. Maar wel heel boeiend. Denemarken ligt als een knooppunt op de trekroutes dus je kunt hier van alles aan vogels tegenkomen maar dat is meer voor in de trektijd.
Enfin, geen lappedyker te zien, dus heb ik mij getroost met een lekker bakje koffie in een strandtent. Uiteraard puur uit didactische overwegingen heb ik een poging ondernomen om gulerodskage (worteltjestaart) te bestellen. Immers, dat hadden wij nijver geoefend in het klasje bij Hélène. Geen wortel te bekennen daar aan het strand, maar rabarbertaart was er wel, dus doet u mij maar rabarberkage. Had ik al gezegd dat het hierbij louter om didactische doeleinden ging? Mjam, det smager godt (wat een lekkere taart)!
De streek onder Kopenhagen is nou niet direct arm. De route voert langs villadorpen met eigen jachthavens. Op de paden door de duinen zag ik menige donkere nanny uit een ver land op pad met een roomblanke baby in de kinderwagen.
Het was een dag zonder grote ups en downs. De route is goed te volgen (was wel heel blij met het werk van Thomas en Dirk die de tracks op de  gps hebben gezet. Super handig, al was het maar omdat ik doorgaans zit te dromen op de fiets). Het landschap is licht glooiend en bestaat grotendeels uit landbouw.
De wintergerst staat in grote, gouden velden te rijpen. Aan de geur te oordelen kan er bijna geoogst worden. Graszaad en koolzaad worden al gecombined. De boeren rijden af en aan met tractoren en grote wagens graan en hooi. Ik steek naar allemaal mijn hand op en vrijwel iedereen groet terug.
Maïs staat hier bijna niet, wat een verademing is met de monocultuur van aardappelen en maïs in Jutland. Naast de geur van rijpend graan, hangt overal de zoete geur van lindebloesem in de lucht. Zelden zoveel lindes gezien, in de dorpen maar ook als wegbeplanting tussen de dorpen en rondom de boerderijen. Er zijn jammer genoeg heel weinig vlinders en andere insecten. Zonde!
In Hundige haal ik blauwe bessen bij de Aldi. Tot mijn niet geringe verbazing liggen er allemaal zwangerschapstesten bij de kassa in het koopjesrek. En niemand die het me kan uitleggen en dit keer ligt het heus niet aan mijn Deens.
In Karlstrup staat een prachtig wit  middeleeuws kerkje op een soort terp. Ook van binnen is het erg de moeite waard. En toch is de deur gewoon open. Aanrader! Verderop langs de route staan meer van dit soort kerkjes, maar dit vond ik de mooiste.
In Køge vind je cafés en terrasjes zoveel je wilt. Denemarken is hier niet mee overbedeeld, dus dit is voor de verandering ook wel eens fijn. Nog voor ik zit, word ik aangesproken door een man die aan fietsers met bagage vraagt of ze soms een kamer zoeken. Het is half vier. Te vroeg om te stoppen. 
Lappedyker rabarbertaar
Ik bel het Danhostel in Store Heddinge en vraag of zij nog een plekje hebben. 'Velkommen!' klinkt het. Mooi, dan staat er over 25 km een bed klaar. Om zes uur rol ik het terrein van het vandrehjem op. Een mooi plekje vlakbij het centrum van het dorp met een aardige beheerder en een soort motelachtige kamers allemaal op de begane grond.
De balans opmakend voor deze dag: geen lille lappedyker gezien, maar wát is dit een mooi stuk van Denemarken zeg!

maandag 25 juni 2018

De lengte van de preek

Maandag 25 juni - Kopenhagen. Veel gelopen door de oude binnenstad. O.a. Triniteitskerk, Ronde Toren, Illums Bolighus. Zonnig, 25 gr, weinig wind.
Waarom staat er een grote staande klok tegenover de preekstoel in de Triniteitskerk in Kopenhagen? En in welke toren kun je te paard 35 meter hoog komen? Welke koning hield van raadsels en vooral van zichzelf? En waar moet je wezen voor het mooiste Scandinavische design?
Zo'n stad zit vol verhalen en die verhalen vertellen weer iets over de mensen van de stad. En de verhalen die je zelf leuk en boeiend vindt, schetsen weer een beeld van je eigen persoonlijkheid. Zo is de cirkel rond.
Maar nu de verhalen. Deugdelijk gesterkt door een 'morgenmad' (ontbijt) van gedroogde meelwormen, sprinkhanen en koekjes van wormenmeel (ja, probeer je dat maar 's levendig voor te stellen...) plus een broodje 'ost' (kaas) togen wij op weg. Het was maandag, een hoop bezienswaardigheden waren dicht, maar er bleef voldoende over.
Scandinavisch design is niet voor niks wereldberoemd. Het is een  combinatie van mooie, natuurlijke materialen, eenvoud en absoluut vakmanschap. Hier in Kopenhagen zijn een paar bekende designwinkels in de oude binnenstad. 
Illums Bollighus is er een van. Wat een mooie spullen! Niet goedkoop, maar dan heb je ook wat. Wat opvalt, is dat de meubels vaak klein zijn. Geen idee hoe dat komt. Enfin, als je langs Amagertorv 10 loopt: even binnenstappen en je kunt je verdiepingen lang verlekkeren aan een hoop moois.
Niet zoveel verder bevindt zich het  Trinitatis complex. Zoals veel mooie gebouwen is ook dit een prachtige combinatie van zelfverheffing en zinvolle zaken. Dat zat zo: koning Christian IV was nogal een doener. Hij heeft geweldig veel teweeggebracht in Denemarken op gebied van handel, scheepvaart en wetenschap. 
Hij gaf in 1637 opdracht tot het bouwen van dit complex bestaande uit een kerk voor studenten gecombineerd met een toren voor sterrenobservaties en een grote bibliotheek.
Het observatorium, de Rundetaarn, is nog steeds in gebruik. Het is het oudste in gebruik zijnde observatorium van Europa. De toren is 35 m hoog en het bijzondere is dat de toren geen trap heeft maar een spiraalvormig pad van 4,5 m breed wat zich naar boven windt. Het is zo breed dat, toen de Russische tsaar Peter in 1716 op bezoek kwam, hij gewoon te paard naar boven reed. Zijn vrouw zag dat niet zitten. Zij liet zich met koets en al naar boven brengen. Wij zijn vanmiddag dezelfde weg naar boven gelopen (ja, een mens moet zijn plaats kennen) en ik heb me hevig lopen afvragen waar die koets in vredesnaam ooit heeft kunnen draaien?
Dat zo'n toren ook een pr-dingetje voor de koning was, blijkt uit het raadsel dat in sierlijke letters op de toren is aangebracht en waarvan het verhaal gaat dat Christian het zelf heeft verzonnen. De oplossing luidt: 'Leidt God, de juiste leer en de rechtvaardigheid in het hart van de gekroonde koning, Christian IV'. Tsja...
De naastgelegen Triniteitskerk is de enige Deense kerk met een meer dan manshoog uurwerk vlak voor de preekstoel. Een onontbeerlijk attribuut. Vanuit deze kerk werden van oudsher belangrijke lieden begraven. En als je je hele leven heldendaden had verricht, dan wilden je nabestaanden dat die uitgebreid uit de doeken werden gedaan tijdens de uitvaart. Per slot van rekening straalt  er van al die beroemdheid dan toch iets op jou af als nabestaande, nietwaar? De predikant kreeg soms een heel boekwerk aangereikt wat voorgelezen moest worden. Daarbij werd de tijd nauwkeurig in het oog gehouden. Hoe belangrijker iemand was, des te langer de preek. Sommige preken duurden wel twee tot drie uur! De klok voor de preekstoel diende ervoor dat iedereen duidelijk kon zien hoe belangrijk de dierbare overledene in kwestie wel niet was geweest.
Het was, kortom, weer een leerzame dag. Als onbetwist hoogtepunt hebben we daarna lekker in het zonnetje in een ligstoel aan het water gelegen met een ijsje. Kopenhagen is de enige stad die ik ken waar overal bankjes, ligstoelen en andere vrije zitgelegenheden zijn. Da's echt heel fijn.
Daarna Gabriele weer op de trein gezet en alle spullen ingepakt. Morgen verder op de fiets richting het zuiden via fietsroute nrs. 6 en 9.

zondag 24 juni 2018

Louisiana

Zondag 24 juni - Kopenhaven. Louisiana museum; rondvaart; wandeling door Nyhavn. Zonnig, 21 gr, weinig wind.


Het Louisiana museum in Humlebæk kan zich meten met de beste internationale musea op het gebied van moderne kunst. Het museum ligt in een dorpje dichtbij Helsingor, een kilometer of 40 ten noorden van Kopenhagen. Vanaf het Centraal Station, dat dichtbij ons hotel ligt, is het met de trein goed te bereiken. Vanaf het station in Humlebæk is het dan nog 10 minuten lopen. Zowel de trein als het museum zijn inbegrepen in de Copenhagen Card.
Het museum is ooit een villa geweest van een rijke particulier maar is inmiddels onherkenbaar verbouwd. Het ligt op een hoogte aan de kust.  Vanuit de prachtige beeldentuin - waar veel mensen lekker in het zonnetje zitten te picknicken - heb je een mooi uitzicht over het water van de Øresund en Zweden aan de overkant.
Er is een overzichtstentoonstelling over Gabriele Münter. Zij is een belangrijke vertegenwoordigster van de 'Blaue Reiter', een kunstenaarsgroep uit Zuid-Duitsland uit het begin van de 20e eeuw. Dezelfde tentoonstelling hebben Gabriele en ik vorig jaar in het Lenbachhaus in München gezien. Ik vind haar schilderijen zo mooi dat ik ze met plezier nog 's bekijk.
In de vaste tentoonstelling van het Louisiana hangt waarempel ook een werk van Karel Appel.Verder veel werken van Giacometto en ook allerlei  experimentele kunst.Teveel om op te noemen.
Op de terugweg naar Kopenhagen doen we nog een poging het huis van Karen  Blixen (Out of Africa) te bezoeken, maar het is al te laat.
Terug in Kopenhagen maken we een tocht met een rondvaartboot door de havens en zien daarbij o.a. het iconische beeldhouwwerk van Kopenhagen, de kleine zeemeermin. En klein is het beedje inderdaad, maar vanaf het water zie je het goed. Aan de wal staan er tientallen toeristen voor. Ook passeren we de kleurrijke vrijstaat Christiana waar 900 mensen een alternatieve samenleving proberen op te bouwen.
Heel wat oude havengebieden worden nu ontwikkeld tot prachtige woonwijken waar oud en nieuw harmonieus samengaan. Er wordt stevig geïnvesteerd. Zo is er een nieuwe opera gebouwd en een nieuwe cruiseterminal aangelegd. Verder varen we voorbij een terrein dat speciaal voor hardrockfestivals4 is aangelegd. De halve binnenstad is ook op de schop vanwege de aanleg van een nieuw stuk metro.
Daarna maken we een wandeling door Nyhavn. In tegenstelling tot wat  de naam doet vermoeden, is dit de oude haven. Prachtig gekleurde oude huizen spiegelen zich dromerig in het water waarin talloze bootjes varen. Het doet denken aan de Amsterdamse grachten. Een bordje op nr. 67 vermeldt dat Hans Andersen hier ooit heeft gewoond. Hij hoefde maar uit het raam te kijken naar de bedrijvigheid van de haven om aan onderwerpen voor zijn sprookjes te komen vermoed ik.
Kopenhagen is prachtig. Er is zoveel te zien op gebied van cultuur, architectuur, winkels, mensen en heel veel meer. Het heeft wel iets van  grote noordduitse steden als Hamburg of Lübeck. De sfeer is  relaxted en vriendelijk. Vrijwel iedereen spreekt naast Deens ook goed Engels of Duits. Nouja, bijna iedereen. De Italiaan waar we vanavond aten, sprak (met opzet?) alleen Italiaans. We hebben er genoeglijk gekletst met een paar Belgen uit Antwerpen en lekker gegeten. Mille grazie!! Grazie a lei!

zaterdag 23 juni 2018

De gezonde meelworm

Zaterdag 23 juni - Kopenhagen; 5 km gefietst; Danhostel City; droog, 19 gr, zonnig.
Een beetje hotel is tegenwoordig groener dan groen. Zo ook het Danhostel. Naast de gebruikelijke pr-prietpraat wordt hier de daad bij het woord gevoegd. Zo hebben ze  huurfietsen waarmee de gasten de stad kunnen verkennen en bij het ontbijt is er een rijkelijke keuze uit allerlei gezonde spulletjes. Behalve de gebruikelijke yoghurt, skyr, muesli en broodjes kun je ook kiezen voor  meelwormen of, voor wie dat lekkerder vindt, gedroogde sprinkhanen. Allemaal heel geschikt voor een verkwikkende, eiwitrijke start van de dag.

Met vriendin Gabriele ga ik de stad verkennen. Op twee knalblauwe, in China geboren huurfietsen, bewegen we ons mee met de gestage stroom fietsers. Kopenhagen heeft een geweldig goede infrastructuur voor fietsers en de binnenstad is erg compact. Ons hotel ligt bovendien vlakbij de binnenstad wat heel handig is. Grappig om te zien is dat de echte Denen hun hand opsteken wanneer ze willen stoppen op de fiets. Toeristen doen dat niet. Die zijn weer heel herkenbaar aan bizar gekleurde huurfietsen en de halsbrekende toeren die ze uithalen ('waar zat die rem ook alweer?').
Bij de Tourist Info kopen we een Cøpenhavn Card. Daarmee kun je een, twee of drie dagen gratis de meeste musea en attracties in en ook voor niks met het OV reizen De kaart geldt ook voor de trein en bus naar Roskilde en Louisiana, het beroemde kunstmuseum zo'n 40bkm buiten de stad.
Wij verdwalen eerst in het Nationale Museum (mooi, vooral het stuk over de oudheid) en daarna bekijken we het museum met het werk van de beroemde beeldhouwer Thornvaldsen (doen, vooral de  audiogids is leuk). Enfin, na ook nog paleis Christansborg en wat kerken te hebben bekeken, zijn we onderhand wel toe aan wat ontspanning.
Op naar dus naar Tivoli. Dit wereldberoemde, oude pretpark ligt op een boogscheut van het hotel. We hebben er uren zoetgebracht met het  kijken naar allerlei attracties waarbij Amnesty International onmiddellijk in het geweer zou komen als mensen zich er niet vrijwillig aan zouden onderwerpen. Het is één kakofonie van geuren en kleuren, van spelende kinderen, apparaten die mensen heen en weer slingeren en picknickende mensen. Op een groot scherm is 's avonds het werelkampioenschap voetbal te volgen. Met het donker worden verandert het park in één grote zee van gekleurde lichtjes. Heel gezellig (hygge!!).
Het was een mooie dag. Nu nog bedenken wat ik morgen bij het ontbijt zal nemen. Meelwormen of toch sprinkhanen of...

vrijdag 22 juni 2018

Roskilde

Vrijdag 22 juni; Roskilde -> Kopenhagen (Danhostel City); 479/46 km; 19 gr., zonnig, 's middags bewolkt, droog.
Het Danhostel in Roskilde is een heerlijke plek om te overnachten. Het zijn mooie, grote kamers (met tv, om Deens te horen). Het hostel ligt op het terrein van het Vikingmuseum bij de jachthaven met zicht op zee. Het is op loopafstand (ruim 1 km) van de oude binnenstad. Voor wie wil, kan vanaf het station (1,5 km van het Danhostel) met bus en trein in ruim een half uur in het centrum van Kopenhagen zijn.
Roskilde biedt, naast het Vikingmuseum en de dom ook nog een aantal andere musea, waaronder het cultuurhistorisch museum.  Verder vindt er jaarlijks een bekend rockfestival plaats. In de omgeving van Roskilde is een mooi natuurgebied gemaakt van een oude grintgroeve waar je doorheen kunt fietsen of wandelen en veel vogels en planten kunt zien.
En wie 's wil meemaken hoe de oude Vikingen eropuit trokken: in het seizoen kun je iedere dag mee de zee op met een heus Vikingschip. Het is het echte werk, dus zelf roeien, helpen het zeil ophalen enz. Iets verderop, in Lejren, is een  belevingsdorp waar je kunt zien hoe het er aan toeging bij de oude Vikingen.Verder zijn er in het stadje terrasjes en restaurantjes waar je gezellig koffie kunt drinken of wat kunt eten. En, mocht het nodig zijn,  vlakbij het station (het oudste van Denemarken) zit een fietsenmaker (op fietsroute nr. 6).
Het was weer een intensief dagje. Vanochtend had ik een lang gesprek met een van de meiden van het hostel over natuurbescherming, daarna naar het Vikingmuseum. Daar heb ik natuurlijk weer uren rondgehangen. Wát een mooi museum zeg!!
Tsja, en wat doet een mens daarna? Juist ja, als een haas naar het cultuurhistorisch museum van Roskilde, want dat wilde ik toch ook echt zien. Mooi! Vooral het gedeelte over de oudheid vond ik de moeite waard.
Toen naar Kopenhagen. Ik wilde via fietsroute nr. 6 rijden maar ofwel ik zat te dromen ofwel er waren bordjes weg (allebei kan ook), maar ik was de route kwijt. Nu loopt er een rechtstreekse weg van Roskilde naar Kopenhagen met een keurig fietspad ernaast, dus ik heb de sokken erin gezet en twee uur later stond ik bij het hotel.
Vanavond komt mijn vriendin uit Hamburg, Gabriële, aan en samen gaan we dit weekend Kopenhagen  verkennen. Dinsdag trek ik dan alleen  verder naar het zuiden, richting Lübeck.

Het drama Struensee

Zo'n dom vol met grafkapellen en crypten is in feite een vorm van gestolde geschiedenis. In die zin is het veelbetekenend wie er ligt, waar ze liggen maar ook vooral wie er niet ligt. Zo liggen de gestorven koningskinderen en de minder belangrijke familieleden niet in een van de prachtige grafkapellen maar in een van de ondergrondse crypten. Sommigen liggen zelfs letterlijk opgestapeld in een van de kelders.
Wie er niet ligt, is minstens zo veelzeggend. De belangrijkste ontbrekende op dit stille familiefeestje is koningin Caroline Mathilde. Zij ligt begraven in het Duitse Celle, bij Hannover.
Koning Christan VII (1747-1808) was, op zijn zachtst gezegd, geen hoogvlieger. Dat komt in de beste families voor, maar vaker in families die een sterke voorkeur vertonen om onder elkaar te trouwen. Per slot van rekening: je hebt al veel geld en macht en dus wil je meer. Toen Christian 17 jaar oud was, volgde hij zijn vader op als koning. In datzelfde jaar trouwde hij met zijn nicht, Caroline Mathilde, een zus van de Engelse koning. Caroline was 15 jaar oud.
Christians gezondheid ging steeds verder achteruit en het hof benoemde in 1768 de briljante Duitse arts Struensee tot zijn lijfarts*). Al na korte tijd had deze zoveel invloed op de koning dat hij in feite regeerde. Struensee voerde allerlei hervormingen door die uitermate verstandig waren voor het land, maar raakten aan de belangen van de hovelingen. Verder werden hij en Caroline verliefd. Dat was de druppel. 
Het was zoals in een sprookje: de boze stiefmoeder van de koning, Maria van Brunswijk, zag haar eigen belangen bedreigd en lichtte Struensee pootje. Hij werd wegens majesteitsschennis veroordeeld tot onthoofding. En dat niet alleen, voor hij werd onthoofd werden eerst nog zijn armen afgehakt. Had ie z'n handen maar thuis moeten houden.
Carolina Mathilde was een ander geval. Het is natuurlijk lastig om de wettige koningin, moeder van de kinderen van Christian VII, een beetje deftig uit de weg te ruimen. Het staat zo rot tegenover de koninklijke buren die per slot van rekening ook nog 's grotendeels familie zijn. Na rijp beraad werd als compromis de scheiding uitgesproken tussen Christian en zijn vrouw. Caroline Mathilde werd verbannen naar een kasteeltje in het Duitse Celle. Zonder haar kinderen, die waren immers bestemd voor de troon. In 1775 overleed Mathilde plotseling aan  heftige koorts. Ze werd in Celle  begraven. Toen ze stierf was ze pas 23 jaar oud. Haar kinderen heeft ze nooit meer gezien.
En Christian VII? Die werd almaar gekker en stierf uiteindelijk in 1808. Hij werd bijgezet in een prachtig praalgraf in de dom van Roskilde. Niet zo lang daarna zou een andere bekende Deen, Hans Christian Andersen, het beroemde sprookje 'De nieuwe kleren van de keizer' schrijven. Toeval? Vast!
*) De Zweedse schrijver Per Olov Enquist heeft een prachtig boek geschreven over de affaire Struensee: 'Het bezoek van de lijfarts'. Een aanrader!

donderdag 21 juni 2018

Margrete, Nordens dronning

Ze was tien jaar oud toen ze door haar vader werd uitgehuwelijkt aan koning Haakon VI van Noorwegen. Voor Waldemar IV van Denemarken waren zijn kinderen niets meer dan pionnen in een politiek schaakspel.

Zeven jaar daarna kreeg Margaretha (1353-1412) een kind, Olav. Kort na de dood van haar man en vader stierf ook haar enige zoon. Margaretha werd daarmee regentes van Denemarken en Noorwegen want als vrouw kon ze in die tijd geen koningin worden.
Dit verhinderde haar echter niet om, toen de Noren genoeg hadden van hun koning Albrecht, ook daar de macht over te nemen. Bij gebrek aan een erfgenaam schoof ze een minderjarige achterneef, Erik van Pommeren, naar voren. Met de Unie van Kalmar (1397) accepteerden de drie noordelijke landen het koningschap van Erik, maar in realiteit hield Margarethe de touwtjes stevig in handen.
Ze stierf in 1412 onverwachts op een oorlogsschip in de buurt van Flensburg en werd in 1413 onder groot eerbetoon als eerste vorstin van Denemarken bijgezet in de dom te Roskilde.
Margarethe was een sterke vrouw, de eerste vrouw die koningin van de drie Scandinavische landen werd. Het is geen toeval dat na haar zoveel koninginnen en andere vrouwen Margarethe genoemd werden. 
Zij was met recht Nordens dronning, de koningin van het noorden.

De ijselijke kreet

Opeens werd de stilte verscheurd door een ijselijke kreet. Toen was het stil. Een stilte die doorbroken werd door twee klokslagen, het ratelen van een uurwerk en een paar tonen van het orgel. In de domkerk van Roskilde doodt Sint George ieder uur opnieuw de draak. De houten draak op het uurwerk uit 1400 brengt dan deze ijselijke kreet ten gehore.
De dom in Roskilde, een oude koningsstad, is een van de mooiste kerken van Denemarken. De kerk is gebouwd door koning Harald Blåtan na zijn  bekering tot het christendom. Volgens de overlevering zou hij hier ook begraven liggen, maar bewezen is dit niet.

De kerk is als een romaanse kerk gebouwd rond het jaar 1000 en in de eeuw daarna afgebouwd als een gotische kerk. De kathedraal van Arras zou model hebben gestaan voor het ontwerp. Daarna is de dom door de eeuwen heen aangepast aan de behoeften van de Deense koningen en andere hoogwaardigheidsbekleders. De belangrijkste aanleiding was telkens het gebruik van de kerk als nationaal mausoleum. Er liggen tientallen koningen, koninginnen en prinsen en prinsessen in begraven. Ieder zichzelf respecterende vorst liet weer een prachtige kapel voor zichzelf aan de dom bijbouwen en dit resulteerde in een sprookjesachtig bouwsel waar je van de ene verbazing in de andere valt, zo mooi is de kerk met alle kunstwerken.
Ook voor de huidige koningin Margarethe en haar onlangs overleden man, prins Hendrik, is alvast een plaatsje gereserveerd en het model van het grafmonument, een soort glazen hunebed, staat ernaast. Prins Hendrik vond het maar niks en wilde liever bij zijn voorouderlijk kasteel in Frankrijk begraven worden. Voorlopig (?) Is hij echter bijgezet in Kopenhagen.
Ik moet bekennen dat ik vier uur lang (!) met een gidsje in de hand van alles en nog wat bekeken heb en toen nog lang niet alles had gezien. Daarna kon ik nog maar aan één ding denken... nou ja, aan twee: een wc en koffie!

De vraag is natuurlijk: hoe kan ik een beetje duidelijk maken hoe mooi en bijzonder deze kerk is? Ik vrees dat dit niet lukt. Misschien dat de foto's een indruk geven en anders is het wellicht een prima aanleiding om zelf 's te gaan kijken. Eén verhaal wil ik jullie niet onthouden en dat is het verhaal van dronning Margarethe den 1, de eerste Deense koningin. Maar dat is het volgende verhaal.

Viking sommeren

Donderdag 21 juni - ZOMER! Odense -> (134 km per trein) Størebeltbro -> Korsør -> Slagelse -> Sorø -> Roskilde; Danhostel Roskilde (bij Vikingmuseum aan de haven); 433/5 km fietsen; 16 gr, fris, harde westenwind, droog.
Deense mannen kijken niet naar het weerbericht maar naar de kalender om te weten we ze aan moeten trekken. Anders kan ik het niet verklaren dat het vandaag zó koud is en er toch zoveel Deense mannen unverfroren (sic!) in korte broek rondlopen. Maar misschien zijn het hun Viking-genen en hebben ze het nooit koud. Anders hadden ze natuurlijk vroeger ook die barre rooftochten niet kunnen maken. Dit is gewoon hun 'Viking sommeren'. 
Grote Belt-brug, dubbeldeks, de trein onderin.
Vanochtend gaf het weerbericht onverbiddelijk regen aan. Toen stond ik voor de keuze: ga ik die 26 km tot de Størebeltbro*) door de regen fietsen of stap ik in Odense al op de trein? De keuze is simpel: hoe goed de Deense regen ongetwijfeld is voor de huid, ik kies voor het gemak en koop een kaartje naar Roskilde, mijn volgende etappeplaats. Het is een doorgaande trein en in ruim een uur ben ik er al. Voor de trein de tunnel induikt, heb ik nog even goed zicht op de Grote Belt brug die de afstand van 18 km tussen de eilanden Funen en Seeland overspant. Wat een prachtige brug!

In Roskilde is er heel veel wat ik graag wil zien: de dom waarin zoveel Deense koningen begraven liggen, het Viking museum met echte schepen, de oude binnenstad, het cultuurhistorisch museum en nog zo wat. Zo bezien zijn die uren die ik gewonnen heb door niet te fietsen alweer hard nodig om al deze dingen te kunnen bezoeken.
Maar eerst koffie. Hier zijn tenminste weer wat terrasjes te vinden, maar  het is zo koud dat ik binnen ga zitten. Daarna kan ik het niet laten en duik een winkel in met Deense  designmeubels. Tsjonge, wat hebben die een mooie spullen zeg! Het is een combinatie van eenvoud, een doordacht ontwerp en mooie,  natuurlijke materialen. Het is dat ik op de fiets ben...
Enfin, dan maar even de taal oefenen. In mijn beste Deens vraag ik iets aan een jonge vrouw. Ze staart me  verbijsterd aan. Als ik me vertwijfeld afvraag of ik mijn cursusgeld terug moet vragen danwel een andere kapper moet zoeken, zegt ze opeens in een onvervalst Australische tongval 'Sorry, I don't understand Danish'.
Vanavond slaap ik in het Danhostel aan de haven, naast het grote Vikingmuseum. Als ik aankom, is het er vol met moderne Vikingen**). Er lopen tientallen uitbundig getatoeëerde bikers rond die  bewonderende blikken werpen op de uitgestalde Harley's en ander - vrouwelijk - moois. Iets verderop staan de autofreaks. Vintage cars, nieuwe, speciale modellen, sexy sportwagens, kinky Lada's, het staat allemaal door elkaar. Daartussendoor staan de kraampjes met pølsen naast ecologische foodtrucks. En er is ook bier natuurlijk, van al dat kijken  krijgt een mens dorst. Het is een kwestie van zien en gezien worden. Al valt het me op dat de spitspoezen bij dit weer niet op de motorkap liggen, maar wijselijk voor de voorbank kiezen. Misschien zijn het alleen de kerels die Viking-antivries in de aderen hebben?
*) Vanaf het station van Odense heb je een goede verbinding met Roskilde. Let wel op dat je een doorgaande trein neemt anders moet je overstappen in Korsø. De grote Sontbrug mag je met de fiets niet oversteken. Deense treinen hebben 3 treden die je op moet. Mijn ervaring is dat mensen je graag even helpen.
**) In het zomerseizoen schijnt hier elke donderdagavond zo'n bijeenkomst te zijn van motoren en auto's met uiteraard de nodige liefhebbers en allerlei foodtrucks. Er heerst een leuke, ontspannen sfeer. Wel handig om vooraf even te reserveren als je die avond in het Danhostel in Roskilde wilt overnachten.

woensdag 20 juni 2018

Het lelijke jonge eendje

Woensdag 20 juni; rustdag in Odense; Danhostel City (bij station); fris, 19 gr., harde wind, droog.
Iedere avond voor Frederik VII (1808 - 1863) naar bed ging, nam een van de lakeien Tyrk mee naar de koninklijke slaapkamer om daar even goed rond te snuffelen. Tyrk behoorde tot een speciaal ras, een soort Noordse wolfshond van ponyformaat met een karakter wat uitstekend paste bij zijn woeste uiterlijk. Na 10 minuten had Tyrk alle mogelijk aanwezige demonen weggejaagd en kon de koning met gerust hart de oogjes luiken. Belangrijk, want je wilt de volgende ochtend toch fris naast je bed staan als een nieuwe oorlog lonkt. 

Het was een leerzame dag vandaag waarin ik heel wat heb opgestoken over de inwoners van Odense. En niet alleen over Frederik-
met-zijn-slaapproblemen. Verreweg de beroemdste inwoner van Odense is de zoon van een arme schoenlapper en een drankzuchtige wasvrouw, Hans Christian Andersen (1805 - 1875).
Ouderlijk huis van Andersen
Als kind kon hij geen woord schrijven zonder taalfouten, maar zijn grote fantasie en het onmetelijke verlangen om verhalen te vertellen, maakten hem uiteindelijk tot een van de beroemdste schrijvers ter wereld. Naast 156 sprookjes schreef hij 14 romans en novellen, 50 toneelstukken en 1000 gedichten. En toch heeft hij zijn hele leven niet voldoende verdiend om te kunnen trouwen. Hij stierf eenzaam maar beroemd.
Over gebrek aan belangstelling heeft hij nu in ieder geval niet te klagen: verspreid over de hele oude binnenstad zijn niet minder dan vijf musea aan hem gewijd. Op die rondgang kom je ook nog langs het i
nteressante museum over Odense in de middeleeuwen, het cultuurhistorisch museum Møntergården, de prachtige dom en het indrukwekkende stadhuis. O ja, en langs het openluchttheater waar in de zomer kinderen zijn sprookjes naspelen. Verder vind je verspreid over de binnenstad allerlei fantasievolle beelden uit Andersens sprookjes. Nou, en als je dat allemaal gezien hebt, ligt er 15 km verderop nog een soort Andersens  sprookjesdorp, maar daar had ik vreemd genoeg geen tijd meer voor.
Het was, kortom, een drukke dag want natuurlijk moest ik al die musea langs. Gelukkig was ik niet alleen, half China was er ook, maar die hoefden geen Deens te leren, de belangrijkste dingen zijn ook in het Chinees aangegeven.
Hans Christian Andersen leefde in een tijd die werd gekenmerkt door grote veranderingen. In zijn jeugd stierf 10% van de vrouwen in het kraambed, werd maar 60% van de kinderen volwassen, was de koning almachtig en konden veel mensen lezen noch schrijven. De maatschappij werd nog sterk beheerst door tal van middeleeuwse denkwijzen en gebruiken.Toen hij stierf in 1875 was dat totaal anders. De gezondheidszorg was verbeterd, de macht van de koning was gebroken, het analfabetisme bijna verdwenen en de techniek was sterk in opkomst. 
In feite beschrijft Andersen in veel van zijn sprookjes hoe hij de maatschappij ziet. Een manier van kijken die vaak opmerkelijk modern is en getuigt van diep menselijk inzicht. Denk bijvoorbeeld aan de sprookje over het lelijke jonge eendje (wat waarschijnlijk een verkapte biografie van Andersen zelf is).
Het is echt een aanrader om als je in de buurt bent een dag in Odense door te brengen.
Los van Andersen heb ik nog twee andere musea bekeken: het Møntergården over culturele geschiedenis en het museum over Odense in de middeleeuwen. En ook daar doet een mens veel wijsheden op. 
Zo leerde ik dat de tijd na de Reformatie voor vrouwen beslist geen hemel op aarde was. In de 100 jaar nadat Luther in 1517 zijn fameuze stellingen publiceerde en daarmee niet alleen een religieuze maar ook een sociale vloedgolf teweegbracht, werden er in Denemarken niet minder dan 1000 vrouwen beschuldigd van hekserij en veroordeeld tot de brandstapel.
Dat ging niet zachtzinnig: eerst werd er een flink vuur opgestookt, waarnaast de heks in kwestie levend aan een ladder werd vastgebonden. Was het vuur hoog genoeg, dan werd de ladder rechtop gezet en in het vuur gekanteld. Alles onder toeziend oog van talloze vrome zielen uiteraard, want Netflix bestond nog niet.
Nog een praktisch weetje: onder de  middeleeuwers die het zich konden veroorloven, was het goed gebruik je te laten begraven met een zwarte  monnikspij in je kist. Dat scheelde jááren vagevuur. Jammer nou voor die vrome zielen uit de tijd van Luther: die hadden alle kloosters kort en klein geslagen, dus een pij voor in de kist zat er niet meer in.

Kan det være anderledes?

Terugkijkend op deze tocht door Denemarken komt natuurlijk ook de gedachte op: kan det vaere anderledes ? Natuurlijk kan het anders. Ik had ...